4.4 Kennisoverdracht

4.4.1 De docent toont aan dat hij gebruik maakt van ICT in zijn instructie en daarbij diverse hard- en software kan inzetten.

​

In punt 4.3.3 heb ik een Prezi laten zien die ik gebruikt heb voor een presentatie op de NHL. In deze Prezi heb ik onder andere twee korte filmpjes opgenomen.

​

​

​

In de digitale leergang staat zowel audio- als videobestanden die in de les worden gebruikt. Ook haal ik van youtube filmpjes die mijn uitleg ondersteunen. Vaak gebruik ik ook een gedeelte van zo'n video.

​

​

​

​

4.4.2 De docent toont aan dat hij ICT inzet om gestructureerd oefenen vorm te geven.

​

Ik raad leerlingen aan om woordjes te leren door middel van wrts. Dit advies herhaal ik regelmatig en geef de voor- en nadelen van wrts daarbij aan.

​

In mijn lessen gebruik ik regelmatig Kahoot, Socrative (zie punt 1.1.2), Survio (zie punt 1.3.2) en Testmoz (zie punt 2.2.8) om te lesstof te herhalen en om te oefenen voor een toets. 

Kahoot gebruik ik ook voor het spelelement, bijvoorbeeld om de les af te sluiten net voor een vakantie.

​

​

​

​

​

Om leerlingen zelfstandig te laten oefenen met behulp van ICT bestaan er veel oefen apps voor het vak Duits.

Goethe Instituut heeft een app met de naam 'Lern Deutsch'. In deze app kun je woorden, uitspraak, en grammatica leren. Daarnaast kun je met anderen online spelen. Je kunt zelfs een eigen Avatar maken.

Met de app 'Der Die en Das' kunnen leerlingen: het juiste lidwoord vinden van een zelfstandignaamwoord, hun eigen favorieten opslaan en een spel spelen waarbij je kunt kiezen uit drie niveau's.

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​